Het aanmeten van een prothese
Wanneer de wond goed genoeg genezen is, de mobiliteitsfase afgerond is en u in aanmerking komt voor een prothese, gaat u langs bij een prothesemaker, ook wel instrumentmaker of orthopedisch technoloog genoemd. Hij of zij bekijkt, soms ook samen met de revalidatiearts en/of fysiotherapeut, uw stomp en bespreekt met u in hoeverre u klaar bent voor de volgende stap in het proces. Wanneer de instrumentmaker uw gesteldheid met u besproken heeft, zult u samen met hem of haar kijken naar de mogelijkheden die er voor u zijn.
Hierbij wordt idealiter rekening gehouden met:
- Uw lichamelijke conditie
- Uw activiteiten vóór de amputatie
- Uw gezondheid
- De reden van amputatie
- Het amputatieniveau
- Uw wensen
- Uw dagelijkse bezigheden
In geval van een beenamputatie:
- Of u vaak trappen of hellingen op- en af loopt
- Of u vaak loopt op ongelijke ondergrond
- Of u veel binnenshuis of buitenshuis loopt
- Of u wilt sporten
De antwoorden op deze vragen geven de instrumentmaker een idee waar uw prothese aan moet voldoen en wat het beste bij u past. Sommige beenprothesen zijn speciaal ontwikkeld voor wat minder actieve mensen en bieden bijvoorbeeld extra stabiliteit en zekerheid. Andere beenprothesen zijn juist ontwikkeld voor de wat actievere mensen, die graag erg mobiel en actief zijn. Wat het beste bij u past, bespreekt u samen met de instrumentmaker en revalidatiearts.
Prothesekoker
Het vinden van de juiste prothese is een kunst op zich. Het is belangrijk dat de prothese de natuurlijke eigenschappen en functies van een hand, arm of been zo goed mogelijk nabootst en dat de eigenschappen van de prothese passen bij uw wensen. De twee belangrijkste aspecten van een prothese zijn een goed passende prothesekoker en correcte uitlijning van de protheseonderdelen. Het houdt in dat de koker, het gedeelte dat over uw stomp gaat en waar de onderdelen van de prothese aan vast zitten, goed over uw stomp past en dus niet te los of te strak zit. Deze wordt dan ook helemaal op maat gemaakt. Niet alleen moet de prothesekoker zorgen voor comfort, ook is het belangrijk dat deze stabiliteit geeft, zo min mogelijk beweging toelaat en de juiste compressie geeft op de weke delen van de stomp. Als er nog veel verandert aan de vorm en het volume van de stomp, bijvoorbeeld bij de eerste prothesevoorziening na de amputatie, kan de instrumentmaker besluiten om gebruik te maken van een proefkoker. Dit is een doorzichtige tijdelijke koker waar gemakkelijk(er) aanpassingen gedaan kunnen worden. Door de transparantie kan de stomp in de prothesekoker nauwlettend in de gaten worden gehouden. Na een bepaalde tijd wordt deze koker vervangen door een definitieve prothesekoker, die sterker en duurzamer is.
Uitlijning
Daarnaast moeten de onderdelen van de prothese goed onder elkaar gezet worden onder deze prothesekoker, zodat u in geval van een beenprothese zo mooi en natuurlijk mogelijk kunt gaan leren lopen. Dat noemen we een correcte uitlijning. Dat hoeft niet te betekenen dat de onderdelen altijd ‘recht’ onder elkaar staat. De uitlijning wordt namelijk aangepast aan de natuurlijke stand van uw bekken, heup en knie. Het kan dus lijken alsof te prothese niet recht staat, maar ook al ziet het er bij iedereen anders uit, het past bij uw lichaam en manier van lopen en helpt u een zo mooi en natuurlijk mogelijk looppatroon aan te leren. Het lopen met een bovenbeenprothese zal er daarnaast ook anders uitzien dan het lopen met een onderbeenprothese, omdat er meer lichaamsonderdelen vervangen zijn. Dit betekent ook dat het lopen met een bovenbeenprothese moeilijk is dan het lopen met een onderbeen prothese en het lopen zal er uiteindelijk ook anders uit gaan zien.
Verandering van de stomp
Tijdens het genezingsproces en kort daarna zal de stomp van vorm en volume wisselen. Spieren in de stomp zullen krimpen, omdat ze niet gebruikt worden en niet functioneren zoals voorheen. Ook kunt u bijvoorbeeld afvallen of aankomen tijdens de revalidatie. Dit zijn factoren die invloed hebben op het volume en de vorm van uw stomp. Wanneer u weer gaat lopen en u uw spieren weer actief gaat gebruiken en aan gaat spannen, wat heel belangrijk is tijdens het lopen, worden uw spieren weer wat sterker gemaakt. Hierdoor kan het gebeuren dat u weer wat gewicht aankomt of afvalt. Dit alles heeft invloed op de pasvorm van de prothesekoker en zorgt ervoor dat de koker wellicht na een bepaalde tijd niet meer goed past. Dit heeft een negatief effect op het comfort, uw energieverbruik en uw gevoel van veiligheid. Wanneer de pasvorm van uw koker niet meer overeenkomt met de vorm van uw stomp, zal de instrumentmaker aanpassingen doen. Wanneer de aanpassingen te groot zijn, zal er een nieuwe prothesekoker gemaakt moeten worden. Het is niet te voorspellen wat er wanneer gebeurt, en dit is ook voor iedereen anders. Het is een lang proces dat voor iedereen anders verloopt. Om toch enigszins invloed uit te oefenen op de passing van prothesekoker bij gewichtstoename of –afname, kunt u wel proberen uw gewicht zo stabiel mogelijk te houden door, eventueel samen met een diëtist, te kijken naar uw eetgewoontes.